Wat was dat ook alweer, de nieuwe bestuurscultuur?
Het kan, theoretisch kan het. Dat je je als voorzitter van de D66-fractie op een grijze woensdagochtend kapot verveelt, op de bonnefooi naar het Ministerie van Justitie wandelt, daar door het gebouw zwerft en een deur ziet openstaan en – nee maar! – staatssecretaris Van der Burg achter zijn bureau ziet zitten, zonder bezoek of ambtenaren, in zijn eentje.
En dat die bewindspersoon roept: He, wie hebben we daar? Jantje, bakkie? En dat het hartstikke gezellig wordt, want je kent elkaar van vroeger uit Amsterdam. En dat je dit iedereen in het land wil laten weten en dat je dus een toffe selfie maakt en die op twitter zet en erbij schrijft: “Toevallig op bezoek bij staatssecretaris Van der Burg.”
Dat kan, theoretisch kan het.
Het is natuurlijk volkomen onwaarschijnlijk. Als je desalniettemin ‘toevallig op bezoek’ rondtoetert, heb je kennelijk iets te verbergen. Was je er om Van der Burg te feliciteren met de knieval van de VVD-fractie? Daar zal deze geplaagde bewindspersoon natuurlijk graag een gaatje voor in zijn agenda hebben gemaakt. Taart meegenomen?
Of was het een oude afspraak, van vóór die knieval, om de staatssecretaris duidelijk te maken dat ‘ie met vuur zou spelen als hij ook maar een millimeter zou toegeven aan de VVD? Ouderwetse machtspolitiek, geen taart, maar een vuist op tafel?
Het interesseert niemand, Jan.
Die foto interesseert ons wel.
Hier zie je twee mannen die uit het oog zijn verloren wat hun rol is. Ze zijn niet twee vriendjes, die elkaar al dan niet toevallig zijn tegengekomen, maar twee staatkundige instituties: een Kamerlid en een bewindspersoon. Die instituties hebben eigen en zeer verschillende verantwoordelijkheden en ook al is er een coalitieband, dan nog gelden die uiteenlopende posities. De Kamer controleert het kabinet en dus kan het Kamerlid op die selfie de bewindspersoon tegen wie hij zich zo innig vastdrukt, mede op straat te zetten.
Dat is niet een formaliteit, maar een wezenskenmerk van ons bestel. De knuffelende heren ridiculiseren dit. Dat weten ze (moeten ze weten), maar het interesseert ze geen zier.
Daarom alleen is deze selfie al verwerpelijk, maar onder de actuele omstandigheden is het ook nog eens een middelvinger naar de VVD, fractie en achterban, en naar het Nederlandse publiek.
De boodschap die deze autoriteiten aan ons overbrengen is, dat wij het hoempa kunnen krijgen. De VVD is door de pomp en dus is de dwangwet een feit. Weliswaar moest Rutte even heen en weer vliegen van Cairo naar Den Haag om de fractie der tassendragers in het gelid te zetten, maar dat was zoals voorspeld een kleinigheidje. En dat de meerderheid van de bevolking net als die VVD-fractie de instroom van asielzoekers drastisch wil beperken, gaat mooi niet door. Hè, Eric?
Wat resteert is het beeld (letterlijk) van twee heren die formeel van politieke kleur en staatkundige verantwoordelijkheid verschillen, maar in feite een symbiose zijn, een achterkamertjes-symbiose, een triomfantelijke achterkamertjes-symbiose zelfs.
Ongegeneerd, demonstratief, provocatief.
Wat was ook al weer, die nieuwe bestuurscultuur?
Paul Verburgt