PvdA zet zichzelf buiten spel
Het grootste nieuws uit de politiek deze week is misschien wel dat de PvdA een bestuur blijkt te hebben. Het is al tijden een grote chaos in de partij, het regent incidenten, maar van het bestuur hoorde je niets. Het leek de directie van Schiphol wel!
Het is natuurlijk onbestaanbaar dat partijleider Lilianne Ploumen van de ene op de andere dag opstapt en dat het bestuur stilletjes toekijkt.
Dat de functie van partijleider je niet past, mag zo zijn, maar zorg eerst netjes voor een opvolger en blijf in de Kamer. De PvdA is geen gezelligheidsvereniging, maar een politieke partij. Op Ploumen zijn ruim 400.000 stemmen uitgebracht, wat neerkomt op zo’n zes zetels (tweederde van het totaal).
Het bestuur liet het gebeuren.
Mix van brallerigheid en dedain
De motivering die Ploumen gaf werd door soft Nederland als ‘heel eerlijk’ en als ‘een voorbeeld’ aangemerkt, maar wie iets zakelijker denkt, zal vermoeden dat mevrouw zich intern onmogelijk had gemaakt met haar verlangen naar een fusie met GroenLinks.
In elk geval was het zeer opvallend dat nog geen drie dagen na Ploumen’s vertrek twee partijprominenten een hartstochtelijk pleidooi hielden voor een fusie met GroenLinks. Eurocommissaris Frans Timmermans, winnaar van de verkiezingen voor het Europese parlement, en de Amsterdamse partijleider Marjolein Moorman, winnaar van de gemeenteraadsverkiezingen aldaar.
Een normaal bestuur zou van nijd publiekelijk uit zijn vel zijn gesprongen, niet alleen vanwege de suspecte timing, maar ook om het pleidooi zelf. En om de mix van brallerigheid en dedain: de partijgangers moesten ‘niet blijven hangen in nostalgie’ (lees: de sociaaldemocratie is verleden tijd) en het was tijd voor een ‘doorbraak’ (een met zorg gekozen woord, want een beetje PvdA’er weet dat de partij zich in 1946 de doorbraakpartij noemde).
Maar het partijbestuur zweeg.
Een pijnlijke suggestie
En dat kwam de dames en heren bestuurders te staan op een open brief van honderd gewone leden, lokale bestuurders en raadsleden en een paar mensen van faam zoals Gerdi Verbeek en Hans Spekman. Of het bestuur – ik zeg het in mijn woorden – het gepolariseer van mensen als Timmermans en Moorman wilde stoppen en op de kortste termijn intern een discussie wilde starten! En om de discussie in goede banen te leiden noemden de openbriefschrijvers alvast een paar uitgangspunten zoals ‘beginnen bij onze idealen, de inhoud, dan de vorm. Een pijnlijke suggestie als je jezelf serieus neemt.
Weer hoorden we niets van het partijbestuur. Tot deze week toen de voorzitter Mirjam-Esther Sent, stil sinds haar benoeming in oktober vorig jaar, een discussie over samenwerking dan wel samengaan met GroenLinks aankondigde.
Verbijsterend. Hoe kun je een partij zo aan haar lot overlaten?
Kwestie van inkoppen
De vraag of er gefuseerd moet worden met GroenLinks, is niet nieuw, maar speelt al jaren. Het leverde nooit iets op, niet in het minst door de tegenstand van de PvdA.
Na de ongekende nederlaag van Asscher in 2017 toen de PvdA in één klap 29 zetels verloor en terugviel van 38 naar 9 zetels, kregen de sociaaldemocraten opeens wel zin.
Niet dat dit tot veel – zichtbare – activiteit bij het partijbestuur leidde! Misschien dat het bestuur dacht de fusie vanzelf als een rijpe appel in zijn mandje zou vallen.
Immers, uit een onderzoek in 2019 bleek dat 80 tot 90% van de kiezers van GL en PvdA voorstander van een fusie was. De onderzoekers berekenden zelfs dat een fusie 37 Kamerzetels zou opleveren (tegen 23 toen).
Kwestie van inkoppen hebben ze vast gedacht. Misschien hebben ze de fusiegesprekken zelfs opzettelijk uitgesteld tot na de verkiezingen van 2021 in de hoop dat de PvdA weer zou zijn gegroeid waardoor ze een betere onderhandelingspositie tegenover GroenLinks zouden krijgen.
Het blijven tenslotte PvdA’ers.
Het liep allemaal anders. Asscher moest aftreden en Ploumen bleef op negen zetels steken.
Knabbel en Babbel
De boel kwam weer op scherp te staan toen CDA en VVD tijdens de formatiebesprekingen lieten weten niet met twee linkse partijen in het kabinet te willen gaan zitten. Het was of de PvdA of GroenLinks.
Omdat Kaag op haar beurt weer geen zin had om met VVD, CDA en ChristenUnie een kabinet te vormen, bedacht ze een truc: ze wist Ploumen en Klaver te bewegen tot een soort bloedverbond. De fracties van PvdA en GroenLinks zouden voor de duur van de formatie uit één mond spreken en Ploumen en Klaver beloofden nooit zonder elkaar tot het kabinet toe te treden.
Kaag, eens diplomaat, altijd diplomaat.
Het leidde tot hilarische taferelen waarbij Ploumen en Klaver onafscheidelijk als Knabbel en Babbel over het Binnenhof wandelden of vrolijk koutend met de fiets in de hand door de Haagse Spuistraat liepen. Kijk eens hoe eensgezind we zijn.
Het opzetje mislukte deerlijk: je kan veel van Rutte en Hoekstra zeggen, maar tot twee tellen kunnen ze.
Voorbij was de liefde en al werden nog intenties uitgesproken en plannen gemaakt, de fractiefusie was van tafel. Zelfs de samenwerking doofde.
Verstomde hosanna’s
Dat werd nog eens versterkt door het interne verzet tegen deze onverhoedse probeerfusie. Het gewaardeerde kamerlid Bart Snels stapte uit onvrede uit de
GL-fractie en binnen de PvdA lieten vele authentieke sociaaldemocraten hun afkeuring blijken zoals Hans Spekman en Adri Duivesteyn.
De hosanna’s uit onderzoek van 2017 waren ondertussen ook verstomd. Niet vreemd, want de vraagstelling was zo abstract geweest, dat je met de beste wil van de wereld niet tegen kon zijn. In de trant van: bent u voor vriendschap en vrede?
In 2020 was dit onderzoek herhaald, maar waren de vragen voorzien van concrete invullingen zoals wie partijleider moest worden, Asscher of Klaver? Direct zakte de liefde als een plumpudding ineen en sloeg de aanvankelijk voorgespiegelde zetelwinst om in een verlies.
Hadden ze al afscheid genomen van de sociaaldemocratie?
Kortgeleden werden de meningen nog eens gepeild en bleken de zaken er nog slechter voor te staan. 80% ziet voor de verkiezingen van 2025 geen fusie tot stand komen. En bij de PvdA vindt een kleine 40% dat er überhaupt van dit plan moet worden afgestapt.
De komst van de aanzienlijk ‘genuanceerdere’ Attje Kuiken als partijleider en die open brief zullen de kans op een fusie nog minder waarschijnlijk maken.
Het zal best zijn dat deze of gene partijbestuurder dit niet had verwacht, maar als je al jaren het onderwerp fusie op je agenda hebt staan, kun je niet erg verrast zijn.
Misschien dat in die kringen de wens om ‘een sterke linkse partij’ te maken het zicht op de werkelijkheid heeft vertroebeld. Of preciezer, wellicht had men daar in lijn met Timmermans en Moorman al afscheid genomen van de sociaaldemocratie en zich bekeerd tot het links-liberale gedachtengoed van Klaver c.s.
Het zou me niets verbazen. En hoe onverantwoord.
Fuseren is vaak een noodgreep
Fuseren is in het algemeen een riskante bezigheid is. Ongeveer vier op de vijf fusies mislukt. Dat is geen borrelpraat of een recente wetenschappelijke ontdekking, het is oud nieuws.
Die mislukking komen voort uit dat wat je nu ook ziet bij de voorstanders van een samengaan van GL en de PvdA: een veel te optimistische inschatting over het profijt van de fusie, een ongelooflijk naïeve weging van de culturele verschillen tussen de fusiepartners, een fundamenteel gebrek aan inhoudelijke ideeën en een blinde vlek voor de kosten, energie en tijd die een fusie vergen.
Fuseren is voor veel bestuurders een noodgreep als ze de problemen in eigen huis niet meer kunnen oplossen. Ze brengen die noodgreep als een droom, een unieke kans of een ideaal, maar het blijft een angstige vlucht naar voren.
Wat is het profijt?
Laten we een paar valkuilen eens beter bekijken. Te beginnen met de verwachtingen over het profijt van een fusie van GroenLinks en de PvdA. Een nieuwe partij zou sterker worden (tegenover rechts) en meer zetels verwerven.
Forget it.
Leuk of niet, het electorale potentieel op links is in ons land al decennia kleiner dan op rechts. Er is weinig verkeer over de grenslijn tussen links en rechts. Groei van de fusiepartij GL/PvdA zal dus ten koste gaan van onder meer SP en D66. Het is een keuze, maar het maakt links niet sterker. Een rare strategie kortom die dan ook stevig zal worden tegengewerkt door de beoogde melkkoeien.
Bovendien is er een goede kans dat de fusiepartij kleiner wordt dan de huidige twee partijen tezamen. Wanneer de nieuwe partij te GroenLinks-achtig wordt, zullen ‘rechtsere’ kiezers van de PvdA zich afkeren. Omgekeerd, krijgt de nieuwe partij meer PvdA-trekken, dan zal de linkerflank van GL zijn heil elders zoeken.
Maakt fusiepartij draai naar afgehaakte arbeider?
Groei is wel mogelijk als de fusiepartij erin zou slagen om de voormalige achterban van de PvdA, de arbeiders, terug te halen die nu bijvoorbeeld op de PVV stemmen of ‘afgehaakt’ thuis zitten.
Deze kiezers zijn weg omdat de PvdA eind vorige eeuw haar ideologische veren afschudde en transformeerde tot een links-liberale partij, gedomineerd door grootstedelijke academici die het liever hebben over de planeet, het klimaat, de EU, migratie, diversiteit en woke dan over laagopgeleiden die aan die dingen juist een hekel aan hebben, vaak omdat zij de ellende ervan op hun bord krijgen.
De kans dat een fusiepartij een draai naar de afgestoten arbeider zal maken, is zo goed als nihil. En als ze het zou doen, gelooft geen mens dat dit oprecht is: de ‘gewone man’ weet heus wel waar GroenLinks voor staat.
Blijft over het lepe, maar gedoemde plannetje van Jesse Klaver om de kiesgerechtigde leeftijd te verlagen naar 16 jaar. Hij denkt in die grote groep argeloze tieners wel zieltjes te kunnen winnen, zoals hij heeft aangetoond met zijn vooral door bakvissen bezochte meet-ups. Het rekruteren van kindsoldaten voor links, je moet maar durven.
Wat zijn de verschillen?
Richten we ons op de culturele verschillen. Die worden doorgaans door bazen gebagatelliseerd, niet omdat ze er niet zouden zijn, maar omdat ze hun niet uitkomen.
Reken maar dat die culturele verschillen er tussen beide partijen bestaan. Denk maar aan de historie van de PvdA als typische bestuurderspartij die de welvaartstaat opbouwde en de arbeiders poogde te verheffen. Nogal afwijkend van GroenLinks dat is geconstrueerd uit communisten, pacifisten, evangelisch radicalen, milieubeweging en anti-kernenergie-activisten, ver verwijderd van de onderkant van de samenleving én van regeringsverantwoordelijkheid.
In de top van de fusiepartij zal het aanvankelijk nog wel gaan, op lokaal niveau ook, althans daar waar men al langere tijd samenwerkt, maar wanneer succes uitblijft (zie boven), begint het gedoe. De oude culturen blijken dan nog springlevend. Ieder blijkt van de ander te weten of die oorspronkelijk van GL of van de PvdA was, met alle bijbehorende (voor)oordelen.
Maak je niet wijs dat de hoge aspiraties van een politieke partij een remedie zijn tegen de vermeende kleinzieligheid van culturele geschillen. Integendeel. Vraag maar bij het CDA hoe het met die bloedgroepen zit.
Voor menige verstandige bestuurder of ceo zijn cultuurverschillen de reden geweest om van een fusie af te zien. En voor veel meer bestuurders en ceo’s betekenden die verschillen het einde van hun fusiedroom en carrière.
Hoe naïef of arrogant moet je zijn om te denken dat uitgerekend GroenLinks en de PvdA een cultuurstrijd bespaard zal blijven?
Wat wordt de inhoud?
Komen we bij de inhoud, het programma, de idealen die de fusie moeten rechtvaardigen. We hebben er behalve in heel algemene termen nog niets over gehoord en dat is een teken aan de wand.
Wie alleen maar wil fuseren om de macht, produceert een verkiezingsvehikel dat eens in de zoveel jaar een leider kan lanceren. In de trant van de VVD, die is losgeraakt van haar programma en slechts bezig is met Rutte naar het Torentje te transporteren.
De toekomst van dit soort machtsmachines staat vast: zodra er geen leider meer voorradig is (niet een functionaris, maar een persoonlijkheid), dan stort het mechaniek in en is de partij stuk.
Uiteraard zullen de partijtoppen ontkennen dat ze zo’n verkiezingsvehikel nastreven, maar wij hebben een goed geheugen: het ging tot op heden altijd om zetels!
Alleen bovenlaag PvdA is groenlinksig
GroenLinks lijkt vrij ongeïnteresseerd in de inhoud. Het weet dat de spraakmakende gemeente binnen de PvdA een soort GL-light is. Dat fuseert makkelijk!
Voor de PvdA, leden en kiezers, ligt dat veel ingewikkelder. De bovenlaag van de partij mag dan GroenLinksig zijn, vele anderen zijn dat niet. Daar leeft de sociaaldemocratie nog wel. Met onbegrip en afkeer wordt gekeken naar het klimaatactivisme, het globalisme, de dogmatiek rond gender en ras en in het algemeen het elitaire karakter van GroenLinks.
In die kringen leeft de vraag of in het Deense model de toekomst van de PvdA ligt: klassiek sociaaldemocratische bescherming van de zwakkeren in de samenleving gecombineerd met een krachtdadig migratie- en integratiebeleid en gericht op het dragen van regeringsverantwoordelijkheid.
Asscher wilde er niets van weten, Ploumen ook niet en vele andere toppers vast ook niet. In de rest van de partij en de kiezers wordt daar heel anders over gedacht.
Fusiedebat levert alleen maar verlies op
Daarmee krijgt een debat over fusie voor de PvdA direct een existentieel karakter. Het voortbestaan van de sociaaldemocratie is aan de orde. Het partijbestuur hoor je er niet over.
In dat licht is het – ik gebruik het woord weer – verbijsterend hoe het bestuur van de PvdA met deze hele discussie is omgegaan. Er is geen schijn van een aanwijzing dat het zich realiseerde en realiseert wat er gaande is en welke zeer ingewikkelde barrières genomen moeten worden. En vooral ook hoe groot de kans op mislukken zis als het tot een fusie komt.
Ja zelfs het besef lijkt te ontbreken dat een discussie over een fusie de partij jarenlang zal domineren, veel aandacht, geld en energie zal opslorpen en – niet te vergeten – heel veel conflicten en ledenverlies zal opleveren.
Met haar plan om binnen de partij een brede discussie op gang te brengen, kiest de voorzitter bewust voor eindeloos gepalaver. Het keert de partij naar binnen, weg van de kiezers en weg ook van de echte problemen waarmee de partij zich zou moeten bemoeien.
Wie het DNA van de PvdA een beetje kent, weet ook dat de messen geslepen zullen worden en dat die de komende tijd in vele ruggen zullen worden geplant.
Mirjam-Esther Sent kon na die open brief en de onberaden actie van Timmermans en Moorman wellicht niet veel anders, maar dat heeft het bestuur aan zichzelf te danken. Als je jaar na jaar op je handen blijft zitten, ben je het initiatief kwijt.
De PvdA zet zichzelf voorlopig buiten spel.
Zo raak je je laatste zetels wel kwijt.
Paul Verburgt