“De luxe van een kabinetscrisis”
Als een kabinet ten val komt, dan is dat meestal door ruzie in de coalitie. Heel soms stapt een kabinet op omdat langer aanblijven niet meer uit te leggen valt zoals met de kinderopvangtoeslagenaffaire. Maar echt weggestuurd worden door de Kamer, gebeurt eigenlijk nooit (meer).
Tot wie richt een prominent als Johan Remkes zich dus als hij in een interview zegt dat het land zich niet ‘de luxe van een kabinetscrisis’ kan permitteren? Spreekt hij de coalitiepartijen, de gestaalde kaders vermanend toe? Is daar dan reden voor?
Geen crisissfeer
Wopke Hoekstra kreeg afgelopen augustus wel even de kriebels, maar dat duurde nog geen dag of twee. Ook rommelde het laatst een beetje onder VVD-leden, maar dat was rap voorbij na de echt-super-serieuze-geloof-me-nou-maar toezeggingen van Rutte dat hij zich zeker-weten-heus-waar-hand-op-het-hart gaat inzetten voor een rem op de asielinstroom, in Brussel.
Voor het overige trekken de coalitiepartijen een (1) lijn, voluit gesteund door GroenLinks en Partij van de Arbeid. De premier en de ‘eerste vice-premier’ hebben elkaar gevonden en aan de tweede en derde vice-premiers (quiz: wie zijn dat?) hebben ze geen kind.
Bovendien staan VVD, D66 en CDA er in de peilingen zo slecht voor, dat verkiezingen wel het laatste is waar ze in Den Haag aan denken.
Niet direct wat je noemt een crisissfeer.
Kluitje in het riet
Een crisis zal ook wel niet ontstaan als zou blijken dat minister Christine van der Wal heeft gelogen over haar trip naar Brussel in mei dit jaar. U weet wel, die ultieme poging van het kabinet om wat manoeuvreerruimte te krijgen in de zelf uitgelokte stikstofcrisis.
Een delegatie van niet minder dan vier ministers werd afgevaardigd, maar die werd bars toegesproken door een piepjonge EU-commissaris en in no time stonden ze met lege handen weer op straat.
There is no alternative, stamelde Van der Wal terug in Nederland, we moeten doorpakken en à propos de natuur staat op omvallen. Toen de boeren dat niet pikten en mevrouw en het kabinet geen kant meer op konden, werd Remkes van stal gehaald om de boel weer vlot te trekken.
Inmiddels lijkt het erop dat de toenmalige minister van Landbouw anders dan gesuggereerd niet mee naar Brussel is geweest en dat niet de natuur, maar de bouw, de energietransitie en Schiphol zijn besproken. Nog afgezien van het feit dat de verguisde commissaris best open bleek te staan voor een soepele toepassing van de klemmende Habitatrichtlijnen en voor technologische oplossingen, allebei vermeende taboes in Brussel en hier in Nederland gepresenteerd als onoverkomelijke obstakels.
Die commissaris zou zelfs onze sacrosancte stikstofdoelen wel erg ambitieus hebben gevonden.
Je zou toch zeggen dat Remkes zich gefopt moet voelen, maar geen woord erover.
We gaan dus over tot de orde van de dag en maken ons op voor een Kamerdebat (na het reces natuurlijk) met veel gestotter, geheugenverlies, herhalen van ingestudeerde kluit-in-het-rietzinnetjes, vingerwijzen naar Brussel, onheilstijdingen over de natuur en het verwerpen van een motie van afkeuring. Als het al tot een debat komt…
Want het kabinet moet overeind blijven.
Statenverkiezingen hoeven geen probleem te zijn
Ook de Statenverkiezingen in maart volgend jaar hoeven het kabinet niet op te breken. De coalitie die nu al geen meerderheid in de Eerste Kamer heeft, staat in de peilingen op een verlies van 8 tot 10 zetels. Maar dat zal het kabinet er alleen maar toe brengen om in de Tweede Kamer nog meer concessies te doen aan partijen die het in de Senaat per onderwerp aan een meerderheid kan helpen. Dat zullen vooral partijen zoals GroenLinks, PvdA, de Dierenpartij en de SP zijn, omdat de affiniteit van Kaag op links ligt en de weerzin van Rutte op rechts.
Anders gezegd, geen vuiltje aan de lucht.
Kabinet zit stevig in het zadel
Waarom dan toch die waarschuwing van Remkes? In het interview zegt hij dat er onvertoond veel grote vraagstukken liggen die om een beslissing vragen, maar dat de kiezersgunst vluchtig is en dat ‘de samenstellingen van het parlement’ steeds wisselen waardoor er geen zicht is op vaste meerderheden. Daarom zou een kabinetscrisis een luxe zijn die we ons niet kunnen permitteren.
Dat is toch een rare redenering. Het zittende kabinet is een voortzetting van Rutte III. Dat de totstandkoming ervan ongeveer een jaar duurde, lag niet aan de vluchtige kiezers, maar aan een onverdraagzame Kaag. Net als nu werd ook het vorige kabinet door dik en dun gesteund door de coalitiepartijen en hartelijk gedoogd door GroenLinks en PvdA. Zes jaar achter elkaar dus. Lijkt me nogal stabiel.
Waar klaagt Remkes precies over?
Als Remkes had gezegd “het kabinet heeft nog wel een formele meerderheid in de Kamer, maar het dient zich te realiseren dat in de samenleving nauwelijks meer steun is”, dan had ik het begrepen. Hij zou hebben voortgeborduurd op zijn donderspeech van september dit jaar waarin hij het kabinet-Rutte/Kaag verweet oog noch oor te hebben voor de noden van de gemiddelde burger (en boer).
Zou hij hebben gezegd, dat sindsdien het vertrouwen van de kiezers in het kabinet verder is gedaald tot nog geen 20% en dat het kabinet dus zweeft en niet de kiezers, dan had ik hem begrepen.
Als hij zou hebben gezegd, dat de komende Statenverkiezingen – met alle mitsen en maren omdat het geen Kamerverkiezingen zijn – een graadmeter voor het kabinet zijn, dan had ik hem begrepen.
Als hij zou hebben gezegd dat als de coalitiepartijen hevig verliezen, het kabinet niet aan kan blijven, dan had ik hem begrepen.
De kiezer zit fout
Maar nee hoor, de kiezer heeft het gedaan. Die rent van hot naar her en maakt zo het landsbestuur vrijwel onmogelijk. Waarschijnlijk denkt het politieke dier Remkes primair aan de kiezers die altijd VVD en CDA stemden. Die kunnen zo maar gaan lopen, niet omdat ze zo volatiel zijn, maar omdat hun partijkaders voorrang geven aan de linkse, globalistische en woke koers van het kabinet en tegenstand ertegen afdoen als ondermijnend en onverantwoordelijk (we nemen de prettigste kwalificaties).
Als die massaal naar JA21 en BBB overstappen, dan kan het wel eens heel spannend worden. Dan is het maar zeer de vraag of de wankelmoedige en onzichtbare Wopke Hoekstra zijn partij onder controle kan houden. En dan is het maar zeer de vraag of Mark Rutte zijn partij nog eens kan overtroeven.
En dan heb je je kabinetscrisis. Dat is kennelijk iets wat Remkes niet zint. Hij maakte wel een heel nummer van de vertrouwensband met de kiezer, maar die kiezer moet geen babbels krijgen, want anders kan het kabinet zijn werk niet doen, het land regeren.
Stel je voor dat de democratie het voor het zeggen krijgt. Dat is een luxe, voor andere tijden.
Paul Verburgt